Actueel

Behoud van industrieel erfgoed door herbestemming

7 juli 2016

Veel industrieel erfgoed staat leeg of dreigt gesloopt te worden. Helaas zijn veel oude textielcomplexen al afgebroken en vervangen door woningbouw en parkings. Slechts een enkel gebouw kreeg een andere bestemming. Voorbeelden van fraaie herbestemmingen in Tilburg zijn fabriekscomplex Mommers en Dröge aan de Goirkestraat en de fabriek Thomas de Beer aan het Wilhelminapark (nu Museum De Pont).

Ook in andere plaatsen zijn gebouwen gered van de sloop. Weverij de Ploeg in Bergeijk bijvoorbeeld. Deze fabriek is een icoon van Brabants industrieel erfgoed – in de jaren vijftig ontworpen door Gerrit Rietveld. Bijzonder zijn de gebogen sheddaken en de door Mien Ruys aangelegde tuin om de fabriek. In 2007 is de fabriek gesloten en onlangs is het gebouw gekocht door Bruns. Momenteel loopt de uitvoering van een transformatie naar een ontwerp van diederendirrix.

In Eindhoven krijgt de Schellensfabriek aan de Vestdijk een soort organische invulling: de stadsbrouwerij, designers en kleine werkplaatsen vestigen zich in dit complex.

Hoewel de textielindustrie al ruim een halve eeuw verdwenen is, koesteren wij hier nog vele herinneringen aan. Dit beeldverhaal laat vooral de vroeg twintigste-eeuw Brabantse textielindustrie zien. Textielsteden als Tilburg, Eindhoven en Helmond passeren de revue, maar ook omliggende dorpen als Goirle, Boxtel, Waalre, Geldrop en Bergeijk.

Lees het beeldverhaal ‘Van mens tot machine: Textielindustrie in Noord-Brabant’ in inbrabant, tijdschrift voor Brabants Heem en Erfgoed