Transformatie tot in detail voor de kleinste deeltjes

Sagitta Peters

In 2013 werd het Ketelhuis verkozen tot BNA Gebouw van het Jaar. “Het was ook een beetje een prijs voor ons”, vertelt Sagitta Peters, managing director van het Institute for Complex Molecular Systems, de gebruiker van het ketelhuis. “Wij willen tot de top behoren in wetenschap, dus is het een mooie opsteker dat het gebouw waarin die wetenschap wordt bedreven ook tot de beste behoort.”

Productieve wisselwerking

Diederendirrix verrichtte een fundamentele ingreep om het machinegebouw bewoonbaar te maken. De zuidgevel van zwarte bakstenen werd compleet vervangen door donker getint glas. “We vonden het passend dat diederendirrix al in de eerste schetsen stoere keuzes durfde te maken. Dingen doen die niet per se verwacht worden, dat trok ons aan. De architecten hebben een goede balans gevonden tussen het behoud van het monumentale karakter van het gebouw en onze gebruikerswensen. Ze hebben altijd heel goed geluisterd. Met argumenten konden ze mij overtuigen van bepaalde keuzes en andersom ik hen ook. Het was een productieve wisselwerking.” Sinds de oplevering in 2012 is er bijna niets veranderd in het gebouw. Hét bewijs van een goede samenwerking, aldus Peters.

“Het was ook een beetje een prijs voor ons”

20151127_dd_interviews_191-x

Hotspot op de campus

Het ICMS wilde graag een eigen onderkomen op de TU-campus. “Het ketelhuis staat centraal aan de groene loper, dus we waren heel blij toen deze plek beschikbaar kwam. Vroeger werd van hieruit de energie verspreid om de campus te verwarmen, nu doen we dat met interdisciplinaire wetenschap.” Peters onderstreept het belang van een eigen plek. “Voor een groot deel is ons instituut virtueel. Bovendien hebben we maar een kleine groep eigen medewerkers. Het instituut brengt juist mensen samen uit verschillende faculteiten. Zonder een onafhankelijke, laagdrempelige locatie zou deze verbinding moeilijker zijn. Waar zouden ze naar toe moeten? Nu komen ze hier om samenwerkingen te starten, geïnspireerd te worden, te werken in het laboratorium. Niemand is hier te gast, we zijn hier met elkaar thuis.”

Subtiel ontwerp

Het gebouw draagt zeker bij aan deze wetenschappelijke uitwisseling. Op de bovenste verdieping bevinden zich de kantoren van de medewerkers en de onderzoekers; beneden het laboratorium, de colloquiumruimte, en het Advanced Study Center. “We hebben bewust verschillende plekken gecreëerd voor informeel overleg, zoals een huiskamer, zitjes en vrijstaande lees- en werktafels. Komen mensen elkaar tegen, dan worden ze uitgenodigd te gaan zitten en praten. Wil je hier interdisciplinaire studie verrichten, dan word je niet gehinderd door bureaucratie. Het transparante gebouw straalt dat ook uit.” De plek gewijd aan moleculaire systemen, de kleinste deeltjes, is ontworpen met oog voor detail. Peters: “Alle technische installaties zijn subtiel weggewerkt, zodat de kathedraalachtige ruimte helemaal open is gebleven. De stalen meubels die diederendirrix heeft ontworpen passen in deze ruimte. Net als de ruimte zijn ze geschilderd in de oorspronkelijke kleuren van het ketelhuis. Zelfs de bewegingssensoren op het plafond en de wandarmaturen zijn mee gespoten in dit kleurenpallet. Alles komt hier samen. Het is een goede plek.”